Een 'BIJ'zonder verhaal
Het is 'De week van de bij' dezer dagen, en dus trokken wij erop uit om iets méér over dit beestje te weten te komen... We spraken af met Dylan Elen in Kerkhoven en vielen er van de ene verbazing in de andere. Want... de ene bij is nu blijkaar de andere niet. Er bestaan zovele verschillende soorten (rassen)! Leroy, zelf een gepassioneerd imker én natuurbeschermer, vertelde over verleden, heden én toekomst van de bijenpopulatie in Bosland.
En hij had het hierbij vooral over de 'zwarte honingbij', de bijensoort waarvan wordt getracht hier in Bosland een grotere populatie te kweken. Vóór 1800 was deze bijensoort hier volop aanwezig, en eind 19de eeuw was er vooral veel import vanuit Italië. Maar vanaf ca. 1970 werden hoofdzakelijk carnica-bijen geïmporteerd vanuit de Balkan, en was de zwarte honingbij in ons land praktisch verdwenen. Behalve dan in Chimay in Wallonië... En het is hier dat een aantal enthousiaste bijenliefhebbers jaarlijks een vijftal keer naar toe trekken om die zwarte honingbij terug te importeren naar hier. Want uit studie bleek dat in héél Vlaanderen net Bosland dé ideale omgeving was voor deze bij. En dus rijden deze imkers naar Chimay mét hun koninginnen om ze aldaar te laten bevruchten. Ondertussen zijn er echter al héél wat zwarte honingbijen aanwezig hier in Bosland, en is die trip naar Chimay niet echt meer nodig.
De bevruchtingsplaats (van waaruit de 'bruidsvlucht' vertrekt is Pijnven, en daar rondom zijn er in de rest van Bosland momenteel een 68-tal kasten geplaatst die dienen als 'wachters' om de bruidsvluchten te beschermen. Op termijn wil men zelfs komen tot een 150-tal kasten.
Onze activiteiten en bijenvolken zitten verspreid over de Boslandgemeenten, zo ook in Lommel. De paringsstand zelf staat weliswaar op Hechtels grondgebied, maar om die goed te laten werken kunnen we niet zonder de Lommelse bijenvolken - Dylan Elen
Op dit ogenblik maakt het aantal zwarte honingbijen amper een 5 % uit, tegenover een 75% voor de carnica-soort. Maar de mensen die er hier mee bezig zijn hopen op termijn deze carnica-populatie te 'overspoelen' met de zwarte honingbij. Voorlopig is er binnen het wereldje van de imkers nog wel enige scepsis, aangezien deze bij iets minder rendement (honing) oplevert: waar de carnica zorgt voor 50 kg honing, is dit voor de zwarte honingbij momenteel een 20 à 30 kilo. Ook zou de honingbij iets agressiever zijn. Maar, aldus Dylan, het rendement is de laatste jaren enorm gestegen én de bijen zijn ook veel zachtaardiger geworden.
Leroy geeft ook duidelijk aan dat er binnen Bosland met deze bijen op een natuurloijke wijze wordt 'gewerkt'. Zo wordt bv. géén bestrijding gedaan van de varroamijt, hetgeen bij de meeste imkers wél (met chemicaliën) gebeurt. De Boslanders geloven in de 'natuurlijke selectie', en die ligt zelfs vrij hoog. Ongeveer 60% van de populatie gaat eraan ten onder. Maar... aldus nog altijd Dylan, dit is de 'survival of the fittest' en op termijn worden onze bijen dus véél meer resistent tegen deze mijt! Ook stelt hij duidelijk: de bij is een bosdier en is er niet in eerste instantie voor de honing...
Hier in Bosland wordt er aan duurzame imkering gedaan - Dylan Elen
Tot slot ook nog de link naar een boeiend bij-evenement op 25 juni: https://zwartebij.org/kmd-2023/