Allesbehalve neerslachtig
Een warm voetbadje, dat heb ik wel verdiend na zo’n inspanning. Even de voetjes lekker laten weken in het water. Alhoewel, weken in het water … Het lijkt wel een samenvatting van de vakantie tot nu toe. ‘t Is zelfs zo erg dat enkele zomerse evenementen en happenings niet konden plaatsvinden door het zogezegde beestenweer. Jammer en ietwat tegenstrijdig als je een echt feestbeest, festijnzwijn, fuifduif, partykolibrie, festivalkwal of festiviteitgeit bent. Het zij zo, zei de huismus.
Zelf maak ik steevast het beste van een slechte situatie en probeer ik er de (droge) humor van in te zien. Toen ik enkele weken geleden na mijn middagwandeling voor de derde keer op rij kleddernat thuiskwam en een tikkeltje sikkeneurig en chagrijnig werd, besloot ik dat het hoog tijd was om droog te blijven, mijn minderwaardigheidscomplex voor mijn fysieke onkunde te overwinnen, mijn angst voor het nieuwe te bedwingen en klakkeloos een fitnessabonnement aan te schaffen. Niet evident voor iemand met het uiterlijk van een gespierde fietspomp met vetrolletjes, maar ik nam me voor om het bij fietsen, wandelen en lopen te houden en me niet te laten intimideren door robuuste bodybuilders en alleen naar mezelf te kijken, tenzij er knappe dames in strakke sportpakjes binnendruppelen.
Buiten aanhoudende regen en binnen lekker wandelen op de loopband of fietsen op de hometrainer met aan weerszijden sportieve mokkels die wat mij betreft zelf liefst niet al te veel aanhouden. Zoiets. Het motiveert. In plaats van het heen en weer te krijgen van het weer, rijd ik dagelijks met de auto en met plezier heen en weer naar de sportschool om de knietjes te strekken, melodietjes te neuriën, calorietjes te verbranden en zwetend warm te worden van opverende vrouwelijke lichaamsdelen die daar eveneens op rijmen, op die knietjes, calorietjes en melodietjes. Genietend van de inspanningen natuurlijk ook, want soms ben ik toch wel een beetje een uitslover. Zo iemand die altijd een beetje beter wil doen dan de vorige keer, al hoef ik niet meteen olympisch goud of zilver te winnen. Een beetje bronstig worden is meer dan genoeg. Prettige bijkomstigheid is dat ik niet langer bijkom maar afval. Gelukkig niet van de loopband, al heeft het wel al een paar keer erg weinig gescheeld.
Laat het maar regenen, denk ik bij mezelf terwijl ik mijn van de inspanningen bekomende en van het voetbad nagenietende pootjes afdroog. Elke dag neerslag. Zelf word ik er allesbehalve neerslachtig van. Een normaal mens zou dat wél doen en zich laten verleiden tot zwaarmoedigheid. Beste lezer, trap niet in die regenval. Er is beterschap in zicht. Laat het van je af vallen. Houd de oogjes open en blijf fit, scherp en levenslustig, zoals ik. Tegenwoordig lees ik mijn eigen teksten zelfs na. Haha! Plots zie ik alleen nog ‘beha’ in het woord ‘allesbehalve’.
Danny Vandenberk